Waarom niet honderd dorpen in plaats van tien steden?

14 april 2025

Jettens stedenplan voor woningbouw

Grote zorgen bij stadsbesturen om snel stijgende schulden van inwonersTijdens het partijcongres van D66 gooide Rob Jetten een opmerkelijk plan in de lucht: bouw tien gloednieuwe steden, ergens in de weilanden van Nederland. Niet per se Almere 2.0, maar wel woonkernen van formaat. Denk aan zo’n 80.000 woningen per stad, en je komt aardig in de buurt van de miljoen huizen die tot 2030 nodig zijn.

Een groot gebaar, passend bij de woningbouwopgave. Maar is het ook de beste oplossing?

Stad of dorp? Wat mensen écht willen

Veel Nederlanders dromen niet van een appartement in een hoogbouwwijk, maar van een huis met een tuin. In een buurt waar je je buren kent, waar je op zaterdag de dorpsbakker groet en je fiets gewoon voor de deur kan staan. Het type woonomgeving dat je in de grote stad zelden vindt, maar in dorpen volop aanwezig is.

Waarom dan alles op één plek stapelen? Waarom niet inzetten op wat mensen echt willen: overzichtelijke, groene buurten met ruimte en rust?

De charme van verspreide woningbouw

Stel je voor: niet tien megasteden, maar honderd nieuwe dorpen. Geen betonvlaktes, maar karakteristieke gemeenschappen met elk een eigen uitstraling, duurzame energievoorziening en lokaal bestuur. Geen anonieme woonmachines, maar buurtschappen en gehuchten die passen bij het landschap eromheen.

Een confetti van nieuwe plekken, zorgvuldig verspreid over het land. Niet alleen beter voor het woongenot, maar ook voor de ruimtelijke spreiding en infrastructuur.

Woningbouwbeleid met menselijkheid

De discussie over woningbouw draait vaak om aantallen, maar mag wat vaker gaan over kwaliteit. Hoe wil Nederland wonen in 2040? Misschien is het antwoord minder groots en meeslepend dan tien steden, maar juist kleinschalig, slim en sfeervol.

Eén ding is zeker: bouwen kunnen we. Nu nog bepalen wat we willen bouwen, en vooral: waar.

Bron: fd.nl