Strengere regulering woningmarkt sorteert effect: de kleinere woningbelegger verkoopt zijn huis

Invloed van strengere regelgeving op de woningmarkt

De strengere regelgeving die het vorige kabinet heeft ingevoerd, heeft geleid tot aanzienlijke veranderingen op de woningmarkt. Vooral kleinere, particuliere verhuurders zetten hun huurwoningen steeds vaker te koop, vooral in de grote steden. Dit heeft geleid tot een verschuiving in eigendom, waarbij deze woningen vaak worden gekocht door mensen die er zelf willen wonen, waaronder veel koopstarters. Dit blijkt uit recent onderzoek van het Kadaster.

Verkoop door kleinere verhuurders

Tussen 2015 en 2020 kochten investeerders meer woningen dan ze verkochten, maar sinds de verhoging van de overdrachtsbelasting in 2021 is deze trend omgekeerd. Kleine verhuurders, vooral die met minder dan tien panden, hebben in de eerste helft van 2024 hun verkoopactiviteiten aanzienlijk verhoogd. In deze periode verkochten zij 6.387 woningen, een stijging van vijftig procent ten opzichte van dezelfde periode in 2023. Grote verhuurbedrijven zoals Bouwinvest en Vesteda hebben daarentegen hun woningportefeuille uitgebreid, ondanks dat ook zij meer woningen verkochten.

Effect op de huur- en koopmarkt

De verkoop van huurwoningen door kleinere verhuurders heeft niet geleid tot een daling van het totale aantal huurwoningen in Nederland. In tegendeel, het aantal huurwoningen in handen van investeerders is zelfs toegenomen tot 767.000 woningen, wat neerkomt op 9,5 procent van het totale woningbestand. Dit is een stijging ten opzichte van 2022, toen het aandeel nog 8 procent bedroeg. Het Kadaster-onderzoek laat zien dat een groot deel van de verkochte huurwoningen nu in handen is van eigenaar-bewoners, waaronder veel starters. In de eerste helft van 2024 werden 10.825 voormalige huurwoningen gekocht door mensen die er zelf in gaan wonen, een toename van 75 procent ten opzichte van het eerste halfjaar van 2023.

Wetgeving en gevolgen voor verhuurders

Het kabinet-Rutte IV heeft de woningmarkt grotendeels gereguleerd om koopstarters meer kansen te bieden. De overdrachtsbelasting voor woningbeleggers werd verhoogd en andere belastingvoordelen, zoals de leegwaarderatio, werden afgeschaft. Daarnaast zijn er beperkingen opgelegd aan tijdelijke huurcontracten en huurverhogingen in de vrije sector. Een belangrijke maatregel was de invoering van de Wet betaalbare huur, die een huurplafond instelde voor middenhuurwoningen. Veel kleinere verhuurders, die vaak hoge hypotheken hebben, besloten hun woningen te verkopen uit angst voor lagere rendementen. Dit heeft geleid tot een afname van hun rol op de woningmarkt, die nu grotendeels wordt overgenomen door grotere commerciële verhuurders met bredere portefeuilles, die de risico’s beter kunnen spreiden.

Veranderingen in eigendomsverhoudingen

De veranderingen in de regelgeving hebben geleid tot een verschuiving in de eigendomsverhoudingen op de woningmarkt. Waar vroeger veel huurwoningen in handen waren van particuliere, kleinere verhuurders, worden deze nu steeds vaker verkocht aan eigenaar-bewoners. Dit heeft op korte termijn een positief effect op de koopmarkt, omdat meer koopwoningen beschikbaar komen. Echter, omdat het om relatief kleine aantallen gaat, heeft dit slechts een beperkt effect op de bredere woningmarkt, en blijft de druk op de woningmarkt in veel gebieden hoog.

Bron: fd.nl