Minder regels moet woningbouw versnellen
7 april 2025
Woningbouw op stoom? Schrap regels, bouw sneller
Volgens adviesgroep Stoer liggen er serieuze kansen om woningbouw in Nederland sneller, goedkoper én efficiënter te maken. In een tussentijds rapport aan minister Mona Keijzer stelt de groep voor om een aantal regels en procedures te schrappen of drastisch te versimpelen. Volgens de voorlopige berekening levert dat duizenden extra woningen per jaar op, met een bouwtijd die tot twee jaar korter kan worden én een kostenbesparing van zo’n 30.000 euro per woning.
De denktank, onder leiding van emeritus-hoogleraar gebiedsontwikkeling Friso de Zeeuw, baseert zich op honderden suggesties uit de sector. Deze zijn vertaald in concrete voorstellen dankzij sessies met bouwers, juristen en ontwikkelaars.
Milieuprestatie uitfaseren, BENG eenvoudiger maken
Een van de opvallendste aanbevelingen is om de voorgenomen verscherping van de milieuprestatie-eis (Mpg) te laten varen. Volgens Stoer is die verscherping niet meer van deze tijd. De toekomst ligt volgens hen bij de Europese ‘whole life carbon’-norm (WLC) die in 2030 van kracht wordt. De groep adviseert daarom om nu al voor te sorteren op de WLC en de Mpg langzaam af te bouwen.
Ook de bepalingsmethode voor Bijna Energieneutrale Gebouwen (BENG) zou eenvoudiger moeten. Dat verlaagt de advieskosten én de bouwkosten. Daarnaast pleit de adviesgroep ervoor om deelname aan normcommissies en toegang tot NEN-normen gratis te maken.
Streng maar niet altijd nodig
Stoer noemt verschillende bouwregels die volgens hen nodeloos duur of belemmerend zijn. Denk aan plafondeisen, eisen rond traphellingen en het verplichte drempelloze balkon. Steilere trappen kunnen niet alleen goedkoper zijn, maar ook extra ruimte opleveren. Ook geluidsregels en ventilatie-eisen zouden in sommige gevallen soepeler kunnen worden toegepast.
De denktank signaleert dat veel regels met goede bedoelingen zijn ingevoerd, maar in de praktijk juist belemmerend werken. Ze pleit voor het loslaten van enkele geluidseisen, vooral rondom open trappen en daglichttoetreding, en voor minder strenge eisen bij woningbouw nabij spoor en luchthavens.
Ruimte op het water en in de uiterwaarden
De adviesgroep ziet ook kansen op plekken waar nu nauwelijks wordt gebouwd. Zo zou het kabinet ruimte moeten maken voor bouwen in de uiterwaarden en het Markermeer, IJmeer en andere randmeren. Drijvend bouwen moet volgens hen weer mogelijk worden. Daarvoor is aanpassing nodig van het huidige rivierbeheerbeleid.
Ook rondom stikstof ziet Stoer mogelijkheden: door de ondergrens van de rekenmethode te verhogen, zouden veel woningbouwprojecten weer doorgang kunnen vinden. Volgens De Zeeuw zou dat in 95 procent van de gevoelige gebieden direct soelaas bieden.
Kritiek op procedures en hoger beroep
Een ander knelpunt dat Stoer aankaart, is de lange doorlooptijd bij medewerking van overheidsinstanties zoals het Rijksvastgoedbedrijf of ProRail. De groep pleit voor een maximale responstijd van twee maanden. Ook juridisch moet het sneller kunnen: zo stelt de denktank voor om het hoger beroep bij de Raad van State tegen woningbouwvergunningen af te schaffen. Dat zou al gauw anderhalf jaar tijdwinst opleveren.
Verder ziet Stoer verbeterpunten in het grondbeleid, zonder dat ze pleit voor een extra belasting zoals een planbatenheffing. Winst zou vooral te halen zijn door heldere standaardvoorwaarden in overeenkomsten tussen gemeenten en ontwikkelaars.
De goede bedoelingen als struikelblok
Hoewel de adviezen nog niet definitief zijn, zet de groep met het conceptrapport een duidelijke toon. Volgens De Zeeuw is het huidige systeem van regels, voorschriften en procedures het gevolg van decennialang stapelen van goede bedoelingen. Maar al die afzonderlijke belangen hebben samen geleid tot een onwerkbaar geheel.
Of zoals hij het zelf verwoordt: “Dit is het drama van de goede bedoelingen.”
Bron: cobouw.nl