Dit zijn de maatregelen op het gebied van wonen van het kabinet Rutte IV
28 december 2021
Het regeerakkoord van Rutte IV bevat uiteraard ook een paragraaf met maatregelen op het gebied van wonen. De kabinetsplannen voor huizenbezitters pakken voor sommigen positief en voor andere negatief uit. Mensen met een eigen huis dat ze zelf bewonen worden ontzien. Dat is anders voor vastgoedbeleggers. Met name particulieren die enkele huizen in bezit hebben voor de verhuur worden als ‘zondebok’ aangemerkt, aldus Jack de Vries, voorzitter van Vastgoed Belang, de vereniging van particuliere vastgoedeigenaren. Vastgoedbeleggers worden gezien als concurrenten voor met name starters. Ze hebben het vaak voorzien op de goedkopere woningen. Daarom krijgen gemeenten vanaf 2022 de mogelijkheid om wijken aan te wijzen waar een opkoopbescherming geldt. Woningen tot een bepaald aankoopbedrag mogen dan niet meer door beleggers worden gekocht. Ook ging de overdrachtsbelasting fors omhoog. Deze stijgt per 1 januari 2023 opnieuw, naar 9%.
Meer maatregelen tegen beleggers
Het nieuwe kabinet wil ook de leegwaarderatio afschaffen. Die houdt in dat verhuurders de WOZ-waarde van een huis niet volledig hoeven op te geven wanneer de huurinkomsten achterblijven. De korting is hoger naarmate de opbrengst lager is. Dit betekent dat er minder vermogensrendement belasting hoeft te worden betaald. De vrijstelling wordt weliswaar verhoogd van 50.000 naar 80.000 euro, maar dat zal voor beleggers met meerdere panden nauwelijks voordeel opleveren. De afschaffing van de leegwaarderatio kan ervoor zorgen dat pandeigenaren duizenden euro’s meer belasting moeten gaan betalen. De beleggers kunnen niet zomaar de huur van een woning fors verhogen om het verlies te compenseren omdat huurprijzen in veel gevallen contractueel vastliggen.
Wijziging belasting op rendement uit vermogen
Uit de kabinetsplannen blijkt verder dat vanaf 2025 een andere berekening wordt gehanteerd voor het bepalen van de belasting die over winst uit vermogen moet worden betaald. De winst uit vermogen wordt dan berekend op basis van het werkelijke rendement en niet meer op grond van een aanname. Het hangt er voor vastgoedeigenaren van af hoe deze belasting wordt berekend. In sommige landen wordt de belasting alleen geheven als het pand wordt verkocht. Maar sommige partijen in de Tweede Kamer zijn voorstander van een ‘vermogensaanwasbelasting’. Als een pand dat is aangekocht voor 400.000 euro in waarde stijgt naar 450.000 euro dan moet over deze 50.000 euro vermogensbelasting (31%) worden betaald, oftewel een bedrag van 15.500 euro. Dat is niet op te brengen aangezien het vermogen van de vastgoedeigenaar immers in het woningbezit zit.
De eigen huis bezitter wordt ontzien
Waar de beleggende huizenbezitters worden aangepakt, blijft de eigenhuisbezitter buiten schot. In de kabinetsplannen staat niets over wijzigingen van de hypotheekrenteaftrek. De prijzen van koopwoningen zullen met deze maatregelen zeker niet gaan dalen. De ‘jubelton’ wordt weliswaar afgeschaft. Ouders mogen hun kind geen belastingvrije schenking voor de aankoop van een huis meer geven. Maar daar komen subsidieregelingen voor starters voor terug. Per saldo maakt het dus niet veel uit. De vraag naar koophuizen zal onverminderd hoog blijven, waardoor de prijzen zeker niet zullen gaan dalen.
Bron: Het Financieele Dagblad