Wat is de toekomst van onze ziekenhuizen?

12 november 2018

Het faillissement van het Slotervaartziekenhuis en de IJsselmeerziekenhuizen zorgt ervoor dat er opeens nagedacht gaat worden over de toekomst van de zorg. Gynaecoloog Hans van der Schoot, voorzitter van de vereniging van Samenwerkende Topklinische opleidingsZiekenhuizen (STZ), ziet het al voor zich.

Volgens Van der Schoot zullen er in de toekomst dertig tot veertig zorgcentra in het land zijn die zeven dagen in de week topzorg leveren. Hierbij gaat het om acute zorg, maar ook om zeer complexe gevallen. De niet-acute gevallen en de minder specialistische zorg zullen worden uitgevoerd in de kleine ziekenhuizen, die in het weekend gewoon dicht kunnen. Ook huisartspraktijken zullen voorzien in deze niet-complexe zorg. Het is nu al zichtbaar dat huisartsen steeds vaker zorg bieden waarvoor de patiënt eerder naar het ziekenhuis moest, zoals kleine operatieve ingrepen en het doen van echo’s.

Ziekenhuiszorg aan huis

Een gevolg van het anders inzetten van ziekenhuizen, is dat patiënten complexe zorg vaak niet dichtbij hebben. Er zal veel meer zorg aan huis moeten komen waarvoor mensen tegenwoordig nog naar het ziekenhuis moeten. Daar wordt nu al mee geëxperimenteerd bij COPD-patiënten. Zij geven enkele keren per week via een app door hoe het met ze gaat. Een verpleegkundige controleert deze gegevens en kan bij afwijkende waardes contact opnemen of iemand langs sturen.

Deze manier van zorg bieden – ook wel e-health genoemd – heeft meerdere voordelen. Zo is bijvoorbeeld sneller zichtbaar wanneer het mis dreigt te gaan bij een patiënt. En er zijn minder controleafspraken in het ziekenhuis nodig. Dit is fijn voor de patiënt, maar het scheelt ook nog eens in de kosten. Toch is het systeem lastig te integreren. Iedereen in de zorg moet namelijk meedoen wil het goed werken. Het gebruik van e-health blijft vooralsnog achter.

Hoe realiseren we nieuwe en betere zorg?

Het is beter voor de kwaliteit als de specialisaties bij het ziekenhuis liggen en de minder complexe zorg bij de huisarts of thuis. Maar hoe moet dit gerealiseerd worden? Wie neemt het voortouw? Eigenlijk niemand. De overheid bepaalt de budgetten, en de verzekeraars sturen ziekenhuizen op basis van die budgetten.

De aanzet tot verandering ligt dus vooral bij de ziekenhuizen zelf. De faillissementen van de afgelopen tijd kunnen deze verandering een extra zetje geven. Er is echter wel een omslag in het denken nodig. Men moet zich meer richten op innovatie en verandering. Bovendien is het ook nog de vraag welke ziekenhuizen uit gaan groeien tot innovatieve zorgcentra, en welke ziekenhuizen gaan inkrimpen.

Het kán wel

Het is al bewezen dat het anders inrichten van zorg heel goed kan werken. Het Ruwaard van Putten Ziekenhuis in Spijkenisse ging failliet in 2013 vanwege dezelfde redenen als de IJsselmeerziekenhuizen. Het maakte een doorstart en nu is het het best renderende ziekenhuis van Nederland. Hoe is dit gerealiseerd?

Peter Langenbach kwam in 2016 in beeld als bestuurder. Hij richtte zich op niet-complexe zorg. De ingewikkelde gevallen werden doorverwezen naar andere ziekenhuizen. Het ziekenhuis is dicht in het weekend. Alleen de spoedeisende hulp is open. Daarnaast zijn er een paar managementlagen weggehaald en wordt er meer samengewerkt met andere ziekenhuizen. Verder werd het ziekenhuisgebouw aangekocht. Dit was aantrekkelijker dan huren. Er worden nu ruimtes verhuurd aan huisartsen en andere zorgaanbieders. Het aantal patiënten groeide met 25 procent en het rendement ligt nu op 15,8 procent tegenover het gemiddelde van 1,2 procent.

Bron: FD.nl