Huurcommissie pakt ‘shortstaytruc’ aan, maar verhuurders zoeken geitenpaadjes

Shortstaycontract onderuit gehaald

De huurcommissie heeft een streep gezet door een zogenaamd ‘shortstaycontract’, waarmee een verhuurder probeerde de huurprijsbescherming te omzeilen. Een ING-medewerker die een woning in Amsterdam-Zuid huurde voor €1320 per maand, plus €530 aan servicekosten, stapte naar de commissie. De verhuurder presenteerde het appartement als een hotelachtige woonvorm, inclusief schoonmaak en fietsverhuur.

De commissie oordeelde dat het hier om een reguliere huurovereenkomst ging, waardoor de maximaal redelijke huur op €633,58 werd vastgesteld. Volgens Gert Jan Bakker van stichting !Woon probeerde de verhuurder een schijnconstructie op te zetten om onder de huurregels uit te komen. “Een bed verschonen maakt een woning nog geen shortstay.”

Verhuurders zoeken andere sluiproutes

Sinds de invoering van de Wet vaste huurcontracten op 1 juli 2024 is tijdelijke verhuur flink ingeperkt. Hierdoor zoeken sommige verhuurders naar alternatieve constructies, zoals de ‘friends-contracten’. Een recent voorbeeld is een woning van 117m² in Amsterdam Nieuw-West, aangeboden voor €4500 per maand, waarbij de advertentie vermeldt dat deze geschikt is voor maximaal vijf huurders.

Volgens Bakker is dit een poging om de regelgeving te omzeilen. Wettelijk mag een zelfstandige woning slechts door twee personen worden bewoond, tenzij er een woningdeelvergunning is. Ook het aanbieden van gemeubileerde woningen tegen onduidelijke toeslagen wordt steeds vaker ingezet als methode om de nieuwe wet te omzeilen.

Beperkte uitzonderingen voor tijdelijke verhuur

Toch zijn er nog situaties waarin tijdelijke verhuur wél is toegestaan. De diplomatenclausule biedt bijvoorbeeld een uitkomst voor mensen die tijdelijk naar het buitenland gaan. Ook de leegstandswet maakt het mogelijk om een woning tijdelijk te verhuren in afwachting van sloop of verkoop. Daarnaast bestaan er campuscontracten voor studenten en jongerencontracten. Maar in alle gevallen kijkt de rechtbank kritisch of de verhuurder daadwerkelijk voldoet aan de voorwaarden van de wet.

Particuliere beleggers haken af

Volgens Niek Verra, interim-voorzitter van Vastgoedbelang, draagt het strikte beleid bij aan de massale verkoop van huurwoningen. Verhuurders willen meer zekerheid over hun investeringen, vooral richting hun pensioen.

Verra pleit voor de terugkeer van tijdelijke huurcontracten met een looptijd van vier jaar, zodat er een betere balans ontstaat tussen huurder en verhuurder. Daarnaast wijst hij op de noodzaak van belastingverlaging en meer ruimte voor hogere huren in de grote steden. “Als er niets verandert, blijft de huurmarkt vastzitten,” waarschuwt hij.

Bron: fd.nl