Emissieloos bouwen is de toekomst, maar alleen als je het blijft vragen
24 maart 2025
Gemeente Eindhoven als pionier in emissieloos bouwen
De gemeente Eindhoven begon een paar jaar geleden gewoon met het stellen van duurzaamheidseisen bij aanbestedingen. Inmiddels is die aanpak uitgegroeid tot een landelijk voorbeeld. Tijdens een recent symposium in Eindhoven bleek dat er onder opdrachtgevers nog altijd veel onbekendheid heerst over elektrisch bouwmaterieel. Terwijl aannemers al vertrouwd zijn met elektrische wielladers en asfaltmachines, zijn opdrachtgevers vaak verrast dat dit soort materieel überhaupt al bestaat.
Volgens inkoopstrateeg Bas Drijvers leven er nog hardnekkige misverstanden, zoals de gedachte dat zwaar materieel altijd moet worden omgebouwd om elektrisch te kunnen draaien. De realiteit is dat er gewoon al nieuw, zwaar elektrisch materieel op de markt is – klaar voor gebruik.
Gunningsmethodiek beloont emissiereductie in bouwprojecten
Eindhoven ontwikkelde een eigen gunningsmethodiek, die sindsdien meerdere keren is aangescherpt. Het systeem beloont aannemers die weten te bouwen met minimale uitstoot, door middel van een fictieve korting op de aanneemsom. Maar wat ooit een extraatje was, wordt steeds vaker een vereiste. Sinds dit jaar levert het inzetten van biobrandstof bijvoorbeeld geen extra punten meer op, en vanaf 2026 wordt klein elektrisch materieel simpelweg verplicht.
In de praktijk ziet de gemeente het resultaat van deze aanpak. Bij de herinrichting van de Kardinaal de Jongweg rekende men op 40 tot 60 procent emissieloze inzet. De aannemer kwam met 90 procent. Het laat zien dat de markt al verder is dan veel opdrachtgevers denken.
Samenwerking in de bouwsector versnelt verduurzaming
Een belangrijke factor in deze ontwikkeling is de samenwerking tussen opdrachtgevers en opdrachtnemers. Zowel op provinciaal als landelijk niveau zijn er netwerken zoals B6 Infra en het Emissieloos Netwerk Infra (ENI), waarin kennis gedeeld en ervaringen uitgewisseld worden. Volgens Drijvers is er sprake van een cultuurverandering: van vechtcontracten naar samenwerking met een gedeeld doel.
Maar dat betekent niet dat de transitie vanzelf gaat. Als je duurzaamheidseisen niet expliciet stelt, komt emissieloos bouwen simpelweg niet in beeld. Prijs blijft nog vaak de doorslaggevende factor, en dat is een gemiste kans.
Schoon en Emissieloos Bouwen wordt langzaam de norm
Op landelijk niveau is sinds 2023 het programma Schoon en Emissieloos Bouwen (SEB) actief. Onderdeel daarvan is een convenant dat opdrachtgevers en brancheorganisaties verbindt aan ambitieniveaus voor emissiereductie. Tot nu toe hebben slechts 38 gemeenten het convenant ondertekend, meestal op het laagste ambitieniveau.
Toch zegt dat volgens Drijvers niet alles. Wat écht telt, is de opdrachtwaarde. Grote spelers zoals Rijkswaterstaat, ProRail en TenneT bepalen met hun miljardenbudgetten het tempo van verandering. In die opdrachtstroom zal emissieloos bouwen de standaard worden tussen nu en 2028, zeker voor klein en middelgroot materieel.
Ook kleinere gemeenten kunnen bijdragen aan emissieloos bouwen
Dat formeel beleid niet altijd een voorwaarde is om emissieloos te bouwen, bewijst de gemeente Haarlemmermeer. Hoewel het convenant nog niet is ondertekend, worden er bij elk infraproject al eisen gesteld aan duurzaamheid. Door nauw contact met lokale aannemers ontstaan er steeds betere plannen – samen bouwen werkt, letterlijk.
Ook de gemeente Horst aan de Maas staat aan het begin van deze reis. Juridisch adviseur Mascha van der Hek was in Eindhoven om te leren van de koplopers. Ondanks praktische uitdagingen, zoals de beperkte laadcapaciteit in buitengebieden, ziet ze vooral mogelijkheden. Een grote meerjarige aanbesteding staat gepland, waarin duurzaamheidseisen een prominente rol krijgen.
Vastgoed en infrastructuur moeten samen de stap zetten
Volgens Marieke van Liere, adviseur verduurzaming bij de gemeente Breda, helpt het enorm dat koplopers als Eindhoven het pad hebben geëffend. Gemeenten kunnen van elkaar leren en tempo maken door samen te werken aan één gunningsmodel. Het creëert duidelijkheid voor de markt en maakt grootschalige verandering haalbaar.
Voor vastgoedprofessionals liggen hier kansen én verantwoordelijkheden. Wie nu investeert in kennis over emissieloos bouwen, bouwt niet alleen aan duurzame projecten, maar ook aan duurzame relaties – met opdrachtgevers, de overheid én de toekomst.
Bron: cobouw.nl