Verbod op urgentie voor statushouders zorgt voor verdeeldheid
24 maart 2025
Voorrang aan statushouders onder vuur, maar lost het iets op?
Het wetsvoorstel van minister Mona Keijzer om statushouders geen voorrang meer te geven bij de toewijzing van sociale huurwoningen, stuit op stevige kritiek vanuit gemeenten. Hoewel Keijzer stelt dat het niet uit te leggen is dat statushouders vóórgaan in tijden van woningnood, wijzen veel gemeenten erop dat dit verbod de situatie eerder zal verslechteren dan verbeteren.
Statushouders bezetten nu al een kwart van alle plekken in de asielopvang vanwege het tekort aan doorstroomwoningen. Zonder urgentie dreigt dat op te lopen naar de helft, met een overbelast opvangsysteem als gevolg. En dat terwijl gemeenten wettelijk verplicht zijn om statushouders te huisvesten.
Woningnood wordt niet opgelost door schrappen urgentie
Uit reacties van bijna zestig gemeenten blijkt dat het schrappen van voorrang nauwelijks effect zal hebben op de wachttijd van reguliere woningzoekenden. In de regio Nijmegen zou het volgens een berekening gaan om maximaal acht maanden winst bij een wachttijd van zeven jaar.
Bovendien, zo stellen gemeenten als Amsterdam en Groningen, is urgentie geen kwestie van afkomst, maar van woonnood. Statushouders hebben vaak geen netwerk of inkomen, en bouwen geen reguliere wachttijd op. Ze zijn dus niet ‘bevoorrecht’, maar juist extra kwetsbaar.
Gemeenten zetten vraagtekens bij uitvoerbaarheid woningwet
Verschillende gemeenten maken zich zorgen over de praktische uitvoerbaarheid van de nieuwe wet. Zonder urgentie wordt het voor hen vrijwel onmogelijk om aan de huisvestingstaak te voldoen. Sommige gemeenten kondigen zelfs aan het verbod te negeren, zoals de zeven gemeenten in de regio Noord-Veluwe.
De verwarring wordt groter doordat statushouders in een ander wetsvoorstel van Keijzer wél worden aangemerkt als doelgroep met een urgente woonvraag. In de Wet versterking regie volkshuisvesting worden zij juist genoemd als groep waarvoor gemeenten extra moeten bouwen. De dubbele boodschap zorgt voor onbegrip.
Flexibele woningen geen wens, maar noodgreep
Als oplossing wijst Keijzer op zogenaamde ‘flexibele opstartwoningen’ of tijdelijke doorstroomlocaties. Gemeenten zien daar weinig in. Zij bouwen liever direct duurzame en betaalbare huur- en koopwoningen, ook voor mensen met een verblijfsvergunning. Dat is volgens hen efficiënter én beter voor de doorstroom op de woningmarkt.
Castricum is een van de weinige gemeenten die al jaren geen voorrang verleent aan statushouders. Maar ook daar heeft dat volgens Amsterdam niets gedaan voor de wachttijd van reguliere woningzoekenden. De reden: het totaal aantal woningzoekenden blijft gelijk. Het schrappen van voorrang verandert dus weinig aan het fundamentele tekort.
Bron: fd.nl