Bouwen met klimaatverandering: waar ligt de grens?
6 januari 2025
Klimaatverandering en de bouwopgave
Het KNMI waarschuwt al jaren: klimaatverandering brengt vaker extreme weersomstandigheden, zoals hittegolven en zware regenbuien. Deze realiteit roept de vraag op of Nederland moet blijven bouwen in gebieden die kwetsbaar zijn voor wateroverlast of bodemdaling.
Waar eerder water en bodem “sturend” waren in ruimtelijke ordening, lijkt het kabinet onder minister Barry Madlener (PVV) nu een koerswijziging te hebben ingezet. De nadruk ligt op wat wél mogelijk is, met oplossingen die multifunctioneel ruimtegebruik promoten. Dit biedt kansen, maar baart ook zorgen bij experts en waterschappen.
Gemeenten en waterschappen botsen over bouwlocaties
Waterschappen benadrukken dat bouwen in risicovolle gebieden vaak meer problemen veroorzaakt dan oplost. Zij pleiten ervoor om vooraf goed onderzoek te doen naar de geschiktheid van locaties. Zo zijn in Brabant na zogeheten “botsproeven” al bouwlocaties afgevallen vanwege water- en bodemproblemen.
Toch ervaren zij regelmatig weerstand van gemeenten die graag bouwen in diepe polders of buitendijkse gebieden. Critici van het nieuwe beleid, zoals GroenLinks-PvdA-Kamerlid Geert Gabriëls, wijzen op de risico’s van bodemdaling, verzilting en wegzakkend grondwater. Volgens hen is het bouwen van woningen op de verkeerde plek een recept voor problemen in de toekomst.
Een grijs gebied tussen veilig en onveilig
Ingenieur en publicist Ties Rijcken biedt een ander perspectief. Volgens hem zijn de veiligheidsnormen voor nieuwbouw al strenger dan ooit, en is het onterecht te stellen dat bouwen in kwetsbare gebieden per definitie onverantwoord is. Hij roept op tot een meer pragmatische benadering, waarbij onderhandelingen tussen bouwers en waterschappen ruimte bieden voor creatieve oplossingen. Rijcken wijst erop dat waterschappen niet alleen voorwaarden mogen opleggen, maar ook zelf moeten bijdragen aan veilige en duurzame infrastructuur.
Wie betaalt voor klimaatbestendigheid?
Een terugkerende discussie is wie verantwoordelijk is voor de kosten van klimaatbestendig bouwen. Waterschappen stellen dat ontwikkelaars en toekomstige bewoners zelf moeten betalen voor aanpassingen, zoals regenwateropslag. Maar volgens Rijcken mogen de waterschappen hierin ook meer verantwoordelijkheid nemen, omdat zij belasting innen van bewoners in risicovolle gebieden. Dit spanningsveld benadrukt de noodzaak van heldere afspraken en een eerlijke verdeling van de kosten.
Klimaatbestendigheid in de bestaande stad
Naast de nieuwbouwopgave blijft de vraag hoe bestaande steden zoals Rotterdam klimaatbestendiger gemaakt kunnen worden. Dijkgraaf Toon van der Klugt waarschuwt dat dit een enorme uitdaging is, waarbij samenwerking en gezamenlijke investeringen cruciaal zijn. “We kunnen niet zomaar de Coolsingel opengraven,” stelt hij. Toch zal de gehele bevolking de kosten moeten dragen om dichtbebouwde gebieden toekomstbestendig te maken.
Bron: nrc.nl