Nieuwe huurregels kunnen studenten hun woning kosten

Problemen voor studenten in de woningmarkt

De invoering van nieuwe huurregels heeft grote gevolgen voor studenten in Nederlandse steden. Verhuurders, die hun panden door deze regels minder rendabel zien worden, zetten ze steeds vaker te koop. Dit zorgt ervoor dat veel studenten, die vaak al moeite hebben met het vinden van betaalbare woonruimte, hun woning verliezen.

Ileen, een 31-jarige bewoonster van een appartement in Amsterdam, kreeg onverwacht bericht van haar huisbaas na het vertrek van een huisgenoot. Ze kreeg twee opties: óf de volledige huur van bijna 2.500 euro betalen met haar overgebleven huisgenoot, óf het appartement binnen een maand verlaten. Een derde huisgenoot kon volgens de verhuurder niet meer worden toegelaten, vanwege de nieuwe Wet betaalbare huur.

Huurders in de knel door nieuwe wetgeving

Niet alleen in Amsterdam, maar ook in andere steden zoals Delft komen dergelijke situaties steeds vaker voor. Johanna, een Delftse student, vertelt dat zodra een huisgenoot vertrekt, de vervanger slechts een tijdelijk contract van maximaal twee jaar krijgt. Wanneer die tijdelijke contracten aflopen, wordt het huis langzaam leeggetrokken. Dit leidt tot grote onzekerheid bij huurders, die vrezen dat ze uiteindelijk zonder woning komen te zitten.

Uit een rondgang langs huurteams in diverse studentensteden blijkt dat de nieuwe wetgeving vooral particuliere verhuurders ertoe aanzet hun panden te verkopen. Dit wordt bevestigd door cijfers van het Kadaster. In steden zoals Amsterdam, Groningen en Nijmegen is het aantal meldingen van studenten die hun huis dreigen te verliezen, aanzienlijk toegenomen. De oorzaak hiervan ligt meestal bij de Wet betaalbare huur, die sinds 1 juli 2023 van kracht is.

Het nieuwe puntenstelsel en de impact op verhuurders

De Wet betaalbare huur stelt een plafond op de huurprijzen voor middenhuurwoningen op basis van een puntenstelsel, wat verhuurders dwingt om hun huuropbrengsten te beperken. Dit treft vooral studentenhuizen, waar vaak meerdere huurders een woning delen. Volgens Gert Jan Bakker van !WOON, een organisatie die huurders ondersteunt, heeft de wet ook de definitie van zelfstandige woningen aangescherpt. Een zelfstandige woning mag nu nog maar aan twee huurders worden verhuurd. Vanaf drie huurders moeten er individuele kamerhuurcontracten worden afgesloten, wat de inkomsten van verhuurders kan drukken.

Verhuurders zien door deze regels hun winstmarges afnemen en besluiten steeds vaker hun panden te verkopen, waardoor studenten de dupe worden van het veranderende beleid.

Gevolgen voor studentenverenigingen en tradities

De woningproblematiek heeft ook impact op studentenverenigingen. Zo merkt het Delftsch Studenten Corps dat steeds meer studentenhuizen verdwijnen, wat volgens woordvoerder Otto Brouwers een bedreiging vormt voor de cultuur en tradities van de vereniging. Het verlies van woonruimte heeft niet alleen praktische, maar ook sociale gevolgen, aangezien het studentenleven sterk verweven is met deze woongemeenschappen.

Samen met andere studentenverenigingen probeert het corps politieke aandacht te krijgen voor dit probleem, en benaderen ze investeerders om panden aan te kopen of te financieren, in de hoop dat er op lange termijn oplossingen worden gevonden.

Toekomstige onzekerheid voor huurders

Naast de Wet betaalbare huur, speelt ook de verhoogde belasting op vastgoed een rol in het besluit van verhuurders om panden te verkopen. Bovendien beperkt de Wet vaste huurcontracten de mogelijkheden voor verhuurders om tijdelijke contracten te verlengen, wat hen ertoe kan aanzetten huurders sneller de deur te wijzen.

Voor studenten zoals Ileen en haar huisgenoot betekent dit concreet dat ze op zoek moeten naar een nieuwe woning, omdat ze de hoge huur niet kunnen betalen. Terwijl de woningnood in steden als Amsterdam toeneemt, blijft de zoektocht naar betaalbare woonruimte voor veel studenten een grote bron van stress en onzekerheid.

Bron: nrc.nl