De aanpak van woningbouw door Mona Keijzer
2 september 2024
De nieuwe minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening, Mona Keijzer, krijgt de taak om de woningbouw in Nederland te versnellen. Dit wordt een van de prioriteiten van het nieuwe kabinet, geleid door premier Schoof. Keijzer, afkomstig van de BBB, zal binnenkort haar eerste beleidslijnen presenteren. De verwachtingen zijn hooggespannen, aangezien een interdepartementale werkgroep (IBO) al voor de zomer de belangrijkste beleidsopties heeft voorbereid. Deze opties worden gezien als de meest veelbelovende maatregelen om de woningbouw in Nederland te stimuleren.
Plannen voor grote woningbouwlocaties
Het kabinet heeft in het hoofdlijnenakkoord aangekondigd dat er een aanzienlijke impuls zal komen voor woningbouw, infrastructuur, bereikbaarheid en de energietransitie. Een van de belangrijkste doelen is het aanwijzen van meer grote woningbouwlocaties en het beschikbaar stellen van meer grond voor woningbouw. Volgens de IBO-werkgroep is het essentieel dat “alle seinen op groen” staan om de bouwproductie te verhogen tot meer dan 100.000 woningen per jaar.
Dit betekent dat er voldoende locaties en plannen moeten zijn, evenals bereidwillige grondeigenaren en ontwikkelende partijen. De werkgroep benadrukt dat structurele financiële middelen noodzakelijk zijn om de woningbouw op gang te houden en het woningtekort effectief aan te pakken.
Continuïteit in financiering noodzakelijk
Volgens recente analyses, waaronder die van Robin Nieland van adviesbureau Brink, zijn de huidige Rijksgelden voor woningbouw te gefragmenteerd en incidenteel. Dit leidt niet tot consistent beleid en remt de voortgang van woningbouwprojecten, die vaak lange doorlooptijden hebben. De IBO-werkgroep beveelt dan ook aan om voorspelbaar overheidsbeleid te creëren dat continuïteit in de financiering garandeert. Dit zou ervoor zorgen dat projecten niet afhankelijk zijn van incidentele subsidies, maar een stabiele basis hebben om voort te bouwen.
Innovatieve maatregelen voor woningbouw
Keijzer heeft verschillende veelbelovende maatregelen tot haar beschikking om de woningbouw te stimuleren. Een van de opties is het belonen van nieuw gebouwde, betaalbare woningen met een subsidie bij oplevering. Dit kan gemeenten aansporen om bouwprojecten sneller te realiseren. Daarnaast wordt voorgesteld om een Rijksgrondfaciliteit op te richten, waarbij het Rijk bouwgrage gemeenten helpt met de aankoop van grond. Dit zou met name kleinere gemeenten in staat stellen om betaalbare woningen te bouwen door grond tegen een gunstige prijs beschikbaar te stellen.
Betrokkenheid van marktpartijen in sociale woningbouw
Een andere interessante optie is het stimuleren van sociale woningbouw door marktpartijen, zoals in het Verenigd Koninkrijk en Duitsland al gebruikelijk is. Dit kan door het aanbieden van bouwgrond tegen een zachte prijs of via erfpachtconstructies, zoals in Singapore gebeurt. Deze aanpak kan vooral van pas komen voor het bouwen van woningen in het middensegment, een segment waar in Nederland grote vraag naar is.
Regulering van grondprijzen en ontwikkeling
De werkgroep stelt verder voor om een planbatenheffing in te voeren. Dit zou ervoor zorgen dat de waardestijging van grond bij woningbouwprojecten wordt afgeroomd en ten goede komt aan publieke investeringen, zoals infrastructuur en betaalbare woningen. Deze heffing kan ook de strategische aankoop van grond minder aantrekkelijk maken, wat de transparantie en snelheid van gebiedsontwikkelingen ten goede zou komen.
Daarnaast wordt het introduceren van een grondbelasting overwogen voor grond waarop woningen gebouwd kunnen worden, maar waar de bouw nog niet is gestart. Dit zou grondeigenaren stimuleren om sneller met de bouw te beginnen en speculatie tegengaan. Dit plan vereist echter aanpassing van wet- en regelgeving, wat een uitdaging kan vormen.
Inspraak van de bewoners bij woningbouw
Tot slot is de werkgroep minder enthousiast over het inperken van bezwaren bij woningbouwprojecten. In plaats daarvan pleit men voor betere inspraakmogelijkheden voor burgers, voordat hun rechten beperkt worden. Hierbij kan gekeken worden naar voorbeelden uit het Verenigd Koninkrijk, waar buurtbewoners zelf voorstellen kunnen doen voor woningbouwprojecten. Als een meerderheid van de bewoners voor stemt, is de lokale overheid verplicht een bouwvergunning te verlenen.
Het is nog onduidelijk of Mona Keijzer deze maatregel, evenals het idee van “straatje erbij” voor kleinschalige woningbouw in landelijk gebied, op haar to-do lijst zal zetten. De BBB zal hierin een balans moeten vinden tussen de maximale vrijheid om te bouwen en de bescherming van agrarische bedrijven, zoals aangegeven in hun verkiezingsprogramma.
Bron: cobouw.nl