Toenemende uitdagingen voor woningbouwbedrijven
22 augustus 2024
De woningbouwsector in Nederland kampt met toenemende uitdagingen. Waar investeringen in de sector eerder vanzelfsprekend rendeerden, is dat nu niet meer het geval. Bedrijven actief in de bouw zien dat de tijden van gemakkelijk succes voorbij zijn. De laatste cijfers van bouwbedrijven en projectontwikkelaars tonen aan dat ze gezamenlijk tientallen miljoenen aan winst hebben verloren. Het aantal faillissementen in de sector is dan ook fors gestegen in de eerste helft van 2024.
Verschillen tussen grote en kleine bouwbedrijven
Hoewel de totaalomzet in de bouw volgens het CBS nog wel stijgt, geldt dit voornamelijk voor kleine bouwbedrijven met maximaal tien medewerkers. Grotere, gespecialiseerde bouwers hebben het moeilijker. Verschillende grote ondernemingen, zoals projectontwikkelaar BPD en prefab-bouwer Daiwa, hebben in de eerste helft van 2024 aanzienlijke verliezen geleden. BPD noteerde een verlies van 50 miljoen euro, terwijl Daiwa bij zijn Japanse moederbedrijf moest aankloppen voor een garantstelling na een verlies van 16 miljoen euro.
Woningtekort en kabinetsambities
De worsteling van de bouwsector is des te opmerkelijker omdat Nederland al jaren kampt met een groot woningtekort. Ondanks de miljardeninvesteringen van het nieuwe kabinet Schoof I om jaarlijks 100.000 nieuwe woningen te bouwen, lijkt deze ambitie moeilijk haalbaar. Dit jaar blijft het aantal nieuwe woningen naar verwachting steken op zo’n 73.000. De woningfabrieken die fors hebben geïnvesteerd in het opschalen van hun productiecapaciteit, zien de vraag naar tijdelijke huisvesting en flexlocaties afnemen, wat leidt tot een drastische daling in hun productie.
Impact van gestegen bouwkosten
Naast de afgenomen vraag kampen bouwers ook met de gestegen bouwkosten als gevolg van de oorlog in Oekraïne. De prijzen van grondstoffen, salarissen en rentes zijn fors gestegen, wat het rendement op nieuwbouwprojecten verlaagt. Deze factoren, gecombineerd met vertragingen door bijvoorbeeld ontbrekende stroomaansluitingen of bezwaren van omwonenden, maken institutionele beleggers terughoudend om te investeren. Bovendien maakt de nieuwe Wet betaalbare huur, die maximale huurprijzen oplegt voor de meeste nieuwbouwwoningen, de particuliere verhuur van deze woningen minder aantrekkelijk.
Herstel in zicht voor de Nederlandse markt
Ondanks de uitdagingen in Nederland zijn de vooruitzichten voor herstel beter dan in Duitsland, waar de markt nog moeilijker is. In Nederland zien sommige bouwbedrijven en projectontwikkelaars voorzichtig herstel. Zo ziet bouwbedrijf De Nijs positieve signalen in zijn orderportefeuille, en noteerde de NVM een lichte stijging in de gemiddelde prijs van nieuwbouwwoningen in het tweede kwartaal van dit jaar. Het aantal verkochte woningen neemt ook weer toe, en het aantal vergunningen voor nieuwbouwwoningen steeg met 21 procent vergeleken met dezelfde periode vorig jaar.
Nieuwe strategieën voor bouwbedrijven
In deze uitdagende markt richten bouwbedrijven zich op andere klanten dan de traditionele institutionele beleggers. BAM en Heijmans zagen hun omzet en winst in de eerste helft van het jaar stijgen door zich meer te richten op particuliere kopers en woningcorporaties. Woningcorporaties, die meer investeringsruimte hebben na de afschaffing van de verhuurdersheffing, stappen in waar beleggers zich hebben teruggetrokken. Ook HSB Bouw heeft zijn strategie aangepast en ziet nu groei in huurinkomsten, wat zorgt voor een stabielere inkomstenstroom. Hoewel de koopmarkt lucratiever kan zijn, brengt deze ook grotere risico’s met zich mee.
Bron: cobouw.nl