Rechter: huurders van CBRE IM moeten huurverhoging slikken

11 juli 2024

De rechtbank Rotterdam heeft geoordeeld dat CBRE Investment Management (CBRE IM) de geplande huurverhoging voor zijn woningen mag doorvoeren, ondanks bezwaren van ruim vijfhonderd huurders. De huurders wilden via een kort geding de verhoging laten schrappen, maar de rechter oordeelde dat zij geen spoedeisend belang konden aantonen. Hierdoor zijn hun eisen afgewezen.

Gebrek aan spoedeisend belangNiet alle gemeenten willen 30 procent sociale huurwoningen

De rechter vond dat de huurders onvoldoende concreet hebben gemaakt waarom de huurverhoging per 1 juli geschorst zou moeten worden. Hun argumenten over mogelijke financiële problemen door de verhoging vond de rechtbank niet specifiek genoeg of voldoende onderbouwd.

Oneerlijke huurverhoging

De groep huurders uit steden zoals Den Haag, Woerden, Amsterdam en Utrecht stapte naar de rechter vanwege de jaarlijkse huurverhoging die zij als oneerlijk beschouwen. Eerdere uitspraken van kantonrechters hebben kritiek geuit op de praktijk van jaarlijkse huurverhogingen in de vrije sector, die mogelijk in strijd zijn met EU-regels ter bescherming van consumenten.

Juridische onzekerheid

De discussie over het huurprijswijzigingsbeding, waarbij verhuurders huren mogen verhogen met een inflatiepercentage plus een opslag, zorgt voor juridische onzekerheid. Deze kwestie is momenteel in behandeling bij de Hoge Raad, die moet bepalen of de eerdere uitspraken van kantonrechters standhouden.

Toekomstige impact

CBRE IM en andere verhuurders vrezen financiële consequenties als de uitspraken over het huurprijsbeleid worden bevestigd. CBRE IM heeft tijdens het kort geding gewaarschuwd voor een mogelijk ‘sneeuwbaleffect’ als huurders erin slagen onder verhogingen uit te komen.

Reactie en mogelijk hoger beroep

Advocaat Danish Siddiqui van de huurders noemt het vonnis ‘zeer summier’ en overweegt namens zijn cliënten in hoger beroep te gaan. Hij benadrukt dat de kwestie van het huurprijswijzigingsbeding volgens meerdere kantonrechters als oneerlijk is bestempeld, iets wat de rechtbank naar zijn mening onvoldoende heeft behandeld.

Bron: fd.nl