Rechters: inkorten bezwaarprocedure woningbouw geen goed idee
22 april 2023
Rechters zijn niet gelukkig met de inkorting van de bezwaarprocedure bij woningbouwplannen. Minister Hugo de Jonge wil dat na een afgewezen bezwaar nog slechts één keer in beroep kan worden gegaan, en wel bij de Raad van State. Zo moet worden voorkomen dat bouwprojecten jaren vertraging oplopen omdat de bezwaarprocedure lang duurt. Juist de Raad van State heeft bedenkingen bij deze plannen.
Ondermijning van de rechtsbescherming
Dat minister De Jonge iets wil doen om de woningbouw te stimuleren is natuurlijk een goede zaak. Maar dat mag niet ten koste gaan van de mogelijkheden om bezwaar te maken. Ook de Raad voor de Rechtspraak is bang dat de kwaliteit van de rechtspraak hierdoor wordt geschaad. Bovendien spreken rechters hun twijfels uit of de plannen van De Jonge resultaat zullen hebben. De minister wil het aantal nieuwbouwwoningen opschroeven naar 100.000 per jaar. Of dit gaat lukken is sowieso al twijfelachtig gezien andere factoren die daarbij een rol spelen.
Twijfels over effect
De afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State twijfelt of de inkorting van de bezwaarprocedure bij woningbouwplannen wel zoveel effect zal hebben. Juist daarom is het belangrijk om naar de nadelen van de maatregel te kijken. Dit bepleit voorzitter Bart-Jan van Ettekoven. De minister wil met de maatregel de voorbereidende fase voor woningbouw verkorten. Het duurt nu soms wel tien jaar voordat een woning uiteindelijk wordt opgeleverd. De Jonge wil de verkorte procedure alleen van toepassing laten zijn op woningbouwprojecten ‘van zwaarwegend belang’. Het gaat onder andere om nieuwbouw van minimaal 12 woningen. Op die manier moet binnen 6 maanden duidelijk zijn of een bezwaar gegrond is of niet. Het nu voorliggende voorstel wordt, na eventuele aanpassing, in het najaar van 2023 voorgelegd aan de Tweede Kamer.
Willekeur
Rechters vinden bepaalde voorwaarden in het wetsvoorstel te willekeurig. Een burger kan nu bezwaar maken tegen de bouw van 8 woningen volgens de ‘normale’ procedure. Zijn het er 12 of meer dan geldt ineens de verkorte procedure. Als de mogelijkheid er is om meerdere keren in beroep te gaan leidt dit volgens rechters tot beter gemotiveerde uitspraken. Minister De Jonge noemt in zijn voorstel ook geen cijfers over de vertraging bij nieuwbouwprojecten die wordt veroorzaakt door bezwaarprocedures. Daarmee wordt dus niet duidelijk hoeveel ‘winst’ er kan worden behaald. Als de Raad van State nu meer beroepschriften krijgt omdat alle beroepen nu direct naar de RvS gaan, heeft dit gevolgen voor de afhandelingstermijn. De door de minister beoogde termijn van 6 maanden wordt in veel gevallen niet gehaald, zo is de verwachting. Eerder maakte de Raad van State zich al druk over het gebrek aan rechtsbescherming in de veel besproken Omgevingswet. De verwachting is dat beide onderwerpen aan de orde komen in het jaarverslag van de RvS, dat eind april 2023 wordt gepresenteerd.
Bron: Het Financieele Dagblad