Verhuurders strooien met ‘coronaboetes’ maar mag dat eigenlijk wel?

Sinds de uitbraak van corona in Nederland en nadat er door het kabinet maatregelen werden afgekondigd namen ook verhuurders van kamers en appartementen maatregelen. Zo kwamen er onder andere regels voor het gebruik van liften. Een bewoner van een studentenhuis kreeg een coronaboete toen hij met nog 2 anderen in de lift stond terwijl het maximum aantal 2 personen was. De boete bedroeg 50 euro. Omdat de bewoner samen met een vriend was kreeg hij een boete van 100 euro opgelegd. De huurder is verantwoordelijk voor het gedrag van zijn bezoekers. De borg werd geïncasseerd door het bedrag van 100 euro af te trekken van de betaalde borg. De vraag rijst nu: is er een wettelijke grond voor het opleggen van dit soort boetes door de verhuurder?

Zomaar boetes opleggen mag niet

Advocaat Evert Baart, gespecialiseerd in Huurrecht, is van mening dat een verhuurder niet zomaar een coronaboete mag opleggen. Het opleggen van boetes aan huurders moet in de huurovereenkomst staan. Op deze manier kan de huurder hier op een deugdelijke wijze kennis van nemen. Een briefje in de lift voldoet dus sowieso niet. Ook als de boete in het huishoudelijk reglement wordt opgenomen is dit geen waterdichte grond om de boete rechtsgeldig te kunnen opleggen. Volgens Baart is de kans groot dat als een beboete huurder naar de rechter stapt, de boete van tafel gaat op grond van Europees recht.

Boetes opleggen werkt wel preventief

Volgens een verhuurder die coronaboetes oplegde aan bewoners heeft dit wel goed gewerkt. ‘Vanaf het moment dat er boetes werden uitgedeeld daalde het aantal overtredingen van de huisregels tegen verspreiding van het coronavirus sterk’, aldus een verhuurder.  ‘We moesten snel handelen om regels op te leggen om de gezondheid van zowel onze huurders als van ons personeel zo veel mogelijk te kunnen waarborgen’. Een aantal huurders dat een boete kreeg vanwege het overtreden van coronaregels is van plan om naar de rechter te stappen als de boete in stand blijft.

Bron: NRC Next